Category Archives: Uncategorized

Fusie, niemand wil die oplossing voor een probleem dat nog verzonnen moet worden

De dialoog met Eemnessers heeft duidelijk gemaakt dat de door de provincie voorgestelde HBEL-fusie (Huizen, Blaricum, Eemnes, Laren) op geen enkel enthousiasme kan rekenen. Fuseren met Baarn en Bunschoten ziet men ook niet zitten. Als er persé gefuseerd moet worden, kiezen de Eemnessers voor een BEL-fusie, maar liever wil men Eemnes zelfstandig houden en blijven inzetten op samenwerken in de regio, voor de uitvoering van taken waar Eemnes te klein voor is.

Ruim een derde van de 390 Nederlandse gemeenten is -net als Eemnes- kleiner dan 20.000 inwoners. Eemnes, Blaricum en Laren delen bovendie een ambtenaren-apparaat. Dat leidt soms tot wat strubbelingen, maar de inwoners waarderen de inspanningen van de gemeente als geheel hoger dan het gemiddelde voor Nederland (6,8 om 6,6). Ook de samenwerking met de inwoners scoort een hoger rapportcijfer: 6,3 in plaats van 6,0 voor heel Nederland. De scores zijn ook hoger dan bijvoorbeeld Hilversum.

Financieel staat Eemnes er zeer solide voor. Dat de zorgtaken van de rijksoverheid nu bij de gemeente liggen, is in uitstekende samenwerking met Huizen zonder bijzondere problemen uitgevoerd. Als je dat allemaal overziet, is fuseren een oplossing voor een probleem dat nog verzonnen moet worden.

In dat kader is een adviesbureau ingehuurd om te concluderen dat de ‘bestuurskracht’ te kort schiet in het Gooi. Daar kun je natuurlijk gemakkelijk naar toe schrijven, want het is allemaal boterzacht. Het klinkt heel exact, een bestuurskrachtmeting, maar wat stelt het voor? Hoe leg je de kiezer uit dat de bestuurskrachtmeting van een paar jaar geleden voor de BEL-dorpen een dikke voldoende opleverde, terwijl er nu ineens niets meer van deugt? Wie het rapport betaalt, bepaalt de conclusie. En in dit geval is dat de provincie Noord-Holland.

Democratie is vertrouwen op het gezond verstand van de kiezer. Die moppert natuurlijk best af en toe op de gemeente, en moet dat ook blijven doen. Maar fuseren? Een grote meerderheid is tegen. Net als in Wijdemeren, waar bijna 8.000 handtekeningen werden opgehaald tegen een fusie met Hilversum. Als een Wijdemeerse politieke partij 8.000 stemmen had gehaald, hadden ze bijna alle zetels in de raad gewonnen.

De vraag in politiek Eemnes is de komende maanden: gelooft men de eigen inwoners, of het adviesbureau dat een mooi uurtarief mocht declareren voor een tendentieus rapport? Op maandag 5 september om half acht kunt u de raadsleden laten horen wat u er van vindt. Meldt u zich nu vast aan als u daarbij wilt zijn!

Fusies in het Gooi steeds verder uit beeld

De VVD in Eemnes maakte deze week met een persbericht bekend dat men wel voelt voor een BEL-fusie. Ongeveer tegelijkertijd vlogde D66-fractievoorzitter Martijn Gebbink dat hij eerst wil zien hoe Eemnes over zaken op lokaal niveau kan blijven beslissen, voordat hij de zelfstandigheid van Eemnes wil opofferen. Uit de enquêtes in het burgerpanel van Eemnes blijkt dat men wel tevreden is over de dienstverlening van de gemeente, goede samenwerking met Laren en Blaricum belangrijk vindt en hecht aan de eigen identiteit van het  dorp.

Geen schokkende uitslagen. In Eemnes zal het ook andere fracties sterken in de overtuiging dat een fusie met Huizen misschien ergens een oplossing voor is, maar dat niemand weet voor welk probleem. Het CDA is voor een zelfstandig Eemnes en Dorpsbelang ook. De kans dat Eemnes vóór de verkiezingen van 2018 fuseert, is praktisch nul. Want ook de PvdA vindt het belangrijk dat de kiezer er wat van mag vinden.

Hilversum wil intussen best samengaan met Wijdemeren, maar dan juist wel vóór de verkiezingen. Daarom wil Hilversum al in november over de resultaten van de bestuurskrachtmeting praten en de fusieprocedure starten. Dat leidt tot gefronste wenkbrauwen in Wijdemeren, waar intussen meer dan de helft van de inwoners een handtekeningenlijst heeft getekend tegen een fusie met Hilversum. Want hoe kan men al een debat over fuseren voorbereiden, als de resultaten van het bestuurskrachtonderzoek nog niet bekend zijn? Dan wordt het wel heel erg duidelijk dat de uitkomst van het onderzoek allang vast staat. Het zal het verzet in Wijdemeren alleen maar laten groeien.

Wat ook niet helpt, zijn de ervaringen in het pas gefuseerde Gooise Meren. In de gemeenteraad wordt afwisselend gepleit voor het openhouden van zwembad de Lunet, of de vestiging van de bibliotheek in Naarden, maar die bezuinigingen gaan vrijwel zeker door. Ook de loketten van burgerzaken in Naarden en Muiden moeten er waarschijnlijk aan geloven. Als een half jaar na de fusie dit soort voorzieningen in de kleinere kernen al zo onder druk staan, is dat natuurlijk geen goede reclame voor een fusie van de BEL-dorpen met Huizen.

D66 in Eemnes ziet het op termijn best voor zich om één grote Gooigemeente te maken. Dan moet je de tijd nemen om goed uit te denken hoe je kunt voorkomen dat de kleinere kernen voorzieningen zien verdwijnen terwijl ze niet minder belasting gaan betalen. Ook moeten thema’s op lokaal niveau opgelost kunnen worden in de dorpen zelf, maar wel zo dat er democratie en controle is. Ook de vraag of en hoe snel er gebouwd kan worden, lijkt een vraag die je niet aan een centrumgemeente moet overlaten.

Met alle tussenstappen schiet je niets op. Dat besef dringt steeds meer door. Huizen wil geen spelbederver zijn maar vindt het eigenlijk wel prima zo. Ook Hilversum wil best meewerken maar heeft zelf geen probleem. Weesp is druk aan het uitzoeken of ze nou bij het Gooi horen of gewoon bij de metropool Amsterdam.

Wat deze raadsperiode alleen zou kunnen, is een vijandige overname van Wijdemeren door Hilversum, en een BEL-fusie. Dat laatste biedt weinig schaalvoordelen, want de ambtenaren zijn al gefuseerd in de BEL Combinatie. De wens van de provincie om drie gemeenten in het Gooi te hebben (lekker overzichtelijk) wordt niet gerealiseerd met een BEL-fusie en Hilversum-Wijdemeren. Eemnes is als E in de afkorting BEL natuurlijk nodig, maar er is nog niet het begin van een meerderheid. En Eemnes kan niet gedwongen worden, omdat de gemeente in Utrecht ligt.

Deze puzzel is in de komende maanden niet op te lossen. Waardoor al voor het onderzoek naar bestuurskracht klaar is, één ding vast staat: de poging van Noord-Holland om drie grote Gooise gemeenten over te houden zonder dat de kiezer er wat van mag vinden, is mislukt. Persoonlijk vind ik dat erg positief. Het geeft tijd om eerst na te denken over de vraag hoe je kunt zorgen dat lokale beslissingen lokaal genomen worden, en alleen de regionale problemen regionaal worden opgelost.

 

 

 

 

Hart voor Busbaan?

Meer deftige politici zullen ongetwijfeld opmerken dat ik me niet moet bemoeien met Blaricumse aangelegenheden, maar ik maak me hard voor goed openbaar vervoer voor de inwoners van Eemnes en de andere BEL-dorpen. We hebben in Eemnes best veel geld besteed aan ingenieurs die goede alternatieven hebben verzonnen voor een halte die de inwoners van het Eiland van Eemnes tegemoet komt. Het zou erg zonde zijn als op basis van de verkeerde argumenten het hele snelbusproject tussen Hilversum en Huizen zou stranden.
Verkeerde argumenten? Ja. In de Gooi en Eemlander stelt de fractievoorzitter van Hart voor Blaricum dat meerijden over het Meenttraject ‘een op­maat is voor het aan­leg­gen van een vrije bus­baan.’ Daarom wordt gepleit voor de variant waarin de bus meerijdt over ‘t Merk. Daarmee slaat zij de plank echt mis. Beide varianten zijn uit en te na onderzocht op de vraag of ze voldoen aan HOV-eisen. Meerijden Merk voldoet in de sommen in de spits niet aan die eisen, meerijden Meent ruimschoots. Zo ruim zelfs, dat je veilig kunt stellen dat deze keuze toekomstvast is.
Huizen heeft de provincie op papier aangeboden: we willen meerijden onderzoeken, maar als dat niet aan de eisen voldoet, accepteren we de vrije busbaan. Nu kun je hopen dat het in de praktijk meevalt ten opzichte van de berekeningen, maar als de sommen toch kloppen, komt er een vrije busbaan als je kiest voor meerijden Merk. In meerijden Meent zijn er vele tientallen seconden over, waarbij het afbouwen van de Blaricummermeent al is meegerekend. Zelfs als de doorsteek bij Regentesse er niet komt! De bus is langs dit traject helemaal niet sneller, maar wel HOV-waardiger want hij mag er over deze route langer over doen. De norm is nu eenmaal gekoppeld aan de maximumsnelheid.
Voor het ingewikkeld wordt, wil ik een eenvoudige vraag stellen. Al het verzet is steeds gericht tegen een vrije busbaan. Als je dat wilt voorkomen, waarom blijf je dan vasthouden aan een tracé dat op papier te langzaam is, als de buurgemeente beloofd heeft in dat geval een vrije busbaan te accepteren? Dan zou ik kiezen voor meerijden via een route waarbij je zeker weet dat er geen vrije busbaan komt: meerijden Meent. Er komen oversteekplaatsen en fluisterasfalt, de wijk krijgt haltes waarmee je zo in hartje Hilversum zit, en er rijden nu ook al bussen via die route, dus met al die overlast zal het in de praktijk best meevallen.
Als je je hard wilt maken tegen een vrije busbaan, en hart hebt voor goed openbaar vervoer, is meerijden Meent de logische optie. Met kiezen voor ‘t Merk kun je niet beweren tegen een vrije busbaan te zijn.

Huis van #Eemnes: de inhoud en het gedoe

Kiezers houden niet van gedoe. Ze vragen zich af waarom degenen die ze gekozen hebben, druk zijn met ruzie maken in plaats van met het besturen van dorp, stad of land.

Gisterenavond werd in de gemeenteraad van Eemnes een voorstel besproken, om de bibliotheek en sport- en ontmoetingscentrum de Hilt te integreren in één gebouw. Dat is al sinds 2012 de bedoeling en het werd tijd dat er een knoop werd doorgehakt. In het voorstel zou dat gebeuren via verbouwing en uitbreiding op de huidige locatie. Op verzoek van de gemeenteraad was ook een ander plan doorgerekend: nieuwbouw aan de Noordersingel, tussen voetbalclub en tennisvereniging. De resultaten hiervan waren opgenomen onder het kopje ‘alternatieven voor dit voorstel’.

De gemeenteraad stemde in meerderheid voor dit alternatief. De mogelijkheid om meer ruimte te realiseren voor de sportverenigingen, het gebouw energieneutraal te maken en de overlastproblemen op de huidige locatie te reduceren, gaven de doorslag. De fractie van mijn eigen partij D66 had er lang over gedaan een standpunt te bepalen, maar koos afgelopen weekend uiteindelijk voor nieuwbouw. Financiële argumenten hielpen niet in de afweging: verbouwing op de huidige locatie en nieuwbouw leiden per saldo tot een even grote bezuiniging. Dat komt onder andere doordat je een nieuw gebouw over een langere periode kunt afschrijven.

In de coalitie van CDA, D66 en de fractie Van den Berg, die bestaat uit twee voormalige VVD-leden, werd verschillend gedacht over de keuze. Fractie Van den Berg was tegen nieuwbouw. Het CDA had zich al lang geleden juist voor nieuwbouw uitgesproken. Met de stemmen van D66 was er een ruime 8-5 meerderheid voor het alternatief. Het was niet verrassend dat er gedoe ontstond: Van den Berg zegde het vertrouwen in de coalitie op. In de aanloop had die fractie er geen doekjes om gewonden dat ze dit zouden doen en gisteren voegden ze na een schorsing de daad bij het woord. In de aanvulling op het coalitie-akkoord was uitonderhandeld dat de bezuiniging gehaald moest worden. De dissidente VVD-ers namen indertijd aan dat nieuwbouw veel te duur zou zijn.

Wat moet in zo’n geval zwaarder tellen, de inhoud of het streven de eenheid te bewaren? In dit geval koos de D66-fractie voor de inhoud. Het dreigen om uit de coalitie te stappen kon niet voorkomen dat in een belangrijk dossier zowel CDA als D66 kozen voor -in hun ogen- de beste oplossing. Het gedoe namen de fracties op de koop toe.

Nu moet er opnieuw gezocht worden naar een coalitie met een meerderheid in de raad. Kort na de verkiezingen begonnen de VVD, D66 en het CDA vol bravoure aan een ambitieus programma. De scheuring in de VVD leidde tot een smallere basis in de raad. Daarna verloor wethouder Zoetman het vertrouwen van de coalitiegenoten en steunden de ex-VVD-ers het college. Dat heeft dus maar een half jaar geduurd.

Maar de gemeenteraad heeft gisteren wel een belangrijk besluit genomen: het Huis van Eemnes komt op de locatie naast de voetbalclub. Dat moet nog uitgewerkt en daarna uitgevoerd, maar de raad heeft een principebesluit genomen op basis van een proces met veel inspraak, uitvoerige documentatie, en uiteindelijk een inhoudelijke afweging. Met een besluit voor de huidige locatie had ik persoonlijk goed uit de voeten gekund; de voor- en nadelen houden elkaar aardig in evenwicht. Maar ook dit is een prima beslissing en de knoop is tenminste doorgehakt.

Een aantal andere, deels taaie dossiers wacht nog op een oplossing. De HOV-puzzel is nog altijd niet gelegd en zowel aan de Wakkerendijk als bij het Eiland van Eemnes moet er wat aan de geluidoverlast gebeuren. Het klimaatbeleid staat in de steigers, maar vergt wel volharding en gevoel voor urgentie. Natuurlijk zou ik daar graag een bijdrage aan blijven leveren. Of dat ook mogelijk is, hangt af van gesprekken achter de schermen die nu gevoerd moeten gaan worden. In elke gemeente valt er wel eens een coalitiefractie uiteen. Gedoe, wat nooit zonder gevolgen blijft. Dat de fractie van D66 is blijven focussen op de inhoud voor hun standpuntbepaling, is iets waar ik veel waardering voor heb.

HOV-discussie, de feiten en de keuze

Op Twitter (dat bestaat nog) ontspon zich na een raadsvergadering in Huizen een interessante discussie. In de krant had ik me laten verleiden tot opmerkingen over het tracé waarover de snelbus in Huizen moet gaan rijden. Daar is veel gedoe over en het toeval wil dat het lastigste punt, het kruispunt Randweg-Oost Stichtse Vecht, geheel binnen de gemeentegrenzen van Eemnes ligt. Dit ter verdediging, speciaal voor degenen die vinden dat een wethouder in Eemnes geen mening moet uiten over de tracé-keuze in naburige gemeenten. Helemaal per ongeluk waren die uitspraken in de krant niet. Wij zijn geen wegbeheerder op het betreffende kruispunt, maar Eemnes zou zeer gebaat zijn met aansluiting op het HOV-netwerk en Huizen zet dat op het spel.

De schrijver Peter Andriesse zei eens: ‘Een echte discussie is alleen mogelijk als er een misverstand is, een onenigheid over feiten.’ Daar moest ik aan denken toen ik een week eerder in de stuurgroep HOV iets moest vinden van een nieuw rapport over een mogelijke oplossing voor het probleem in Huizen. Even tevoren had een spreekster namens inwoners uitgelegd dat er 3.300 mensen niet begrepen waarom de provincie niet wilde meewerken aan het Merk-tracé, en bleef hameren op een vrije busbaan langs het Meent-tracé.  ‘En dat terwijl er een alternatief is,’ zei ze namens de 3.300 mensen die een handtekening hadden gezet, en naar je mag aannemen, nog een hoop mensen meer.

Dat is ook niet te begrijpen, maar het is dan ook niet het hele verhaal. De provincie kan leven met een bus die meerijdt, zolang als de snelheid die je van HOV mag verwachten, gehaald wordt. De inwoners vertrouwen dat niet, en waarom zij wantrouwen koesteren is niet zo heel moeilijk te begrijpen. De stukken en de discussies zijn  ingewikkeld en bestuurders drukken nogal eens hun zin door. Voor de stelling dat de politiek niet altijd luistert naar de mening van inwoners, is een overweldigende hoeveelheid bewijs. Voor de stelling dat je in Nederland niets meer kunt realiseren, omdat altijd alles naar de zin van iedereen tegelijk moet, is trouwens ook genoeg bewijs.

Van het doordrijven door gedeputeerde Post van een vrije busbaan is geen sprake. De variant waarin de de HOV-bus meerijdt langs de Blaricummermeent heeft wel gevolgen voor de mensen die daar wonen, maar het doorsnijden van twee woonwijken is het echt niet. Er rijden nu auto’s en straks rijden er auto’s en bussen. Een merkbare toename van het verkeer, zeker, maar er staan maatregelen tegenover die positief zijn: stil asfalt, oversteekplaatsen voor voetgangers die zijn beveiligd met stoplichten.

Nu mag iedereen natuurlijk vinden dat het tracé over het Merk een veel beter idee is. Het is een brede weg met een mooie groene golf en de 320 rijdt er elke dag soepeltjes doorheen, ook al is het in de ochtendspits erg druk. De gemeente Huizen liet uitzoeken of dit Merk-tracé ook kon, door Arcadis. Dat was nadat Goudappel Coffeng had geconcludeerd dat meerijden over het Meent de betere optie was. Blaricum had weer een derde adviesbureau.Tot zover niets vreemds, maar er was wel een patstelling. Er werd een oplossing bedacht: drie bureaus gingen bij elkaar zitten en die mochten het samen uitzoeken.

De uitkomst was dat het weinig scheelde, maar de meerijvariant over het Merk was net te langzaam. Waarop de gemeente Huizen besloot een extra rapportje te laten opstellen, dat de Merkvariant sneller zou worden als je er een halte tussenuit haalde. De reactie van de provincie laat zich raden: dan halen we er op het Meent variant ook een halte tussenuit, en lig je weer achter. Je moet een keer conclusies durven trekken. Al in 2012 had het bureau van de gemeente Huizen zelf geconcludeerd: die halte kost teveel reizigers, om over te slaan.

Even leek er hoop, toen inwoners uit de Bijvanck een creatieve oplossing verzonnen. Het bureau van Blaricum (Royal Haskoning DHV) en het bureau van de provincie gingen uitzoeken of dat de Merkvariant snel genoeg zouden maken. Ik was optimistisch, want de winst in seconden leek genoeg om dit tot de betere keuze te maken. Dan zou iedereen blij zijn. Maar door problemen met de groene golf kwam de variant zes seconden tekort: waar 5 minuten gehaald moet worden, werd het 5,1 minuut. Bovendien was de getekende halte minder goed dan je van HOV mag verwachten.

Wat is zes seconden? Niets, als er geen alternatief is. Dan zou je blij zijn met het draagvlak, pas weer over de vrije busbaan gaan praten als het echt vastliep, en gezamenlijk de eerste spade in de grond steken. Maar er is wel een alternatief. Meerijden over het Meent is de betere variant. Die is voorspelbaarder, de carpoolplaats kan meer in het noorden liggen waar je de ruimte hebt om iets goeds te realiseren, en de snelheid valt binnen de HOV-norm: 5,2 minuten.

Nu zijn we op het punt dat het te ingewikkeld werd voor twitter. Als het Meenttracé 5,2 minuten duurt, dan is meerijden Merk met 5,1 minuut toch sneller? Op zichzelf klopt dat, maar de norm voor het Merktracé is vijf minuten en die van het Meent 5,9. Het Meentracé heeft over een groter stuk 50 km/uur, en de norm is nu eenmaal afgeleid van de maximumsnelheid. Dus ondanks het feit dat het zes seconden scheelt, voldoet het Merk-tracé niet aan de norm en het Meent-tracé wel.

Tot zover de feiten. Als daar geen misverstand over is, kun je gaan nadenken over wat je wil. Het standpunt in Eemnes is helder: alles waar overeenstemming bereikt kan worden zodat we eindelijk kunnen stoppen met praten en beginnen met aanleggen, steunen we van harte. De gemeenteraad in Huizen wil nu eerst gaan praten over reconstructie van dat beruchte kruispunt, om vervolgens meerijden over het Merk mogelijk te maken. Daar haak ik persoonlijk af. De verkiezingen waren twee jaar geleden. Er is tonnen belastinggeld verbrand aan adviesbureaus. We weten nu alles wel, tenzij er iemand met een geniaal nieuw idee komt. Maar anders is er voldoende informatie om open en eerlijk af te wegen wat de beste optie is.

Het verschil is in rijtijd is niet groot genoeg om heel lang ruzie over te maken. Maar er kleven volgens mij twee bezwaren aan de variant over ‘t Merk. De eerste is dat je geen rek hebt. Als het iets drukker wordt, zit Huizen meteen vast aan de vrije busbaan. Stel, de bus wordt een groot succes, en het stoppen bij de halte duurt iets langer, waardoor de groene golf voor de bus niet meer werkt. Dan gaan de kleine lettertjes in werking en krijgt Huizen een vrije busbaan. Dat vind ik zelf niet het einde van de wereld maar de weerstand daartegen is massief. De Meent-route heeft dit nadeel niet: zelfs als je het achterommetje bij de Regentesse niet doorvoert, heb je nog tientallen seconden over ten opzichte van de norm. Op grond daarvan zou je moeten zeggen: als je tegen de vrije busbaan bent, moet je juist tegen ‘t Merk zijn en voor het meerijden langs de Meent; als je daar ook tegen bent, ben je gewoon tegen HOV. Dat mag trouwens best maar dat hoor ik de Huizense raadsleden niet verkondigen.

Het tweede bezwaar van het meerijden over ‘t Merk is dat de carpoolplaats een stuk minder wordt dan bij de Meentvariant. Verder lopen naar je auto, die uit het zicht staat; voller; bussen die op elkaar moeten wachten. Niets wat je niet overleeft maar een nadeel blijft het.

De politiek in Huizen gaat over hun eigen teksten, maar het ingraven in een variant die volgens de berekeningen nu al niet aan de norm voldoet, terwijl je toezegging op papier staat dat zodra hij niet voldoet, er meteen een vrije busbaan komt, lijkt mij geen recht doen aan de 3.300 ondertekenaars. Zij hebben moeite hebben met een vrije busbaan. Er zitten ongetwijfeld ook mensen tussen die niet zitten te wachten op een meerijdende bus, maar dan vind ik dat de belangen van andere inwoners ook zouden moeten tellen. Huizen is een grote gemeente en heeft geen NS-station; dat was precies de reden dat Huizen ooit heeft aangeklopt bij de provincie voor een snelle verbinding met Hilversum. Zo’n verbinding heeft altijd impact op omwonenden, dat moet je klein zien te houden, maar je moet het wel afwegen tegen het belang van anderen, die baat hebben bij openbaar vervoer.

Zo kwam ik tot mijn conclusie: Als het HOV niet meer hoeft is er vast een andere goede bestemming voor het gereserveerde geld, maar als je HOV wilt zonder vrije busbaan, lijkt mij het Meenttracé de keuze die overblijft.

Het werden iets meer dan 140 karakters.

 

BEL Combinatie naar hoger niveau

‘We hebben één keer naar het gemeentehuis gebeld, daarna werd alles geregeld,’ vertelde een grote ondernemer uit Eemnes die betrokken was bij het onlangs verreden criterium. Het verkeer in het hele centrum moest ervoor worden omgeleid, publicaties geregeld, de noodzakelijke vergunningen, alles kwam op gang.

Volgens de statistieken is het een klein wonder dat je zo’n positieve ervaring terughoort. Een negatieve ervaring wordt minstens dubbel zo vaak doorverteld.

Ik was deze week bij de kick-off bijeenkomst van de doorontwikkeling van de BEL Combinatie. Daarin staan begrippen als persoonlijke ontwikkeling, minder angst om fouten te maken en gevoel voor bestuurlijke issues centraal. De verhouding tussen bestuur en BEL Combinatie was nogal zakelijk. De BEL Combinatie legde veel nadruk op professionaliteit en de bestuurders waren te negatief. Daardoor ontstond er meer afstand dan nuttig en nodig was.

Daar wordt nu wat aan gedaan. Met veel enthousiasme is de BEL Combinatie van start gegaan om na de start acht jaar geleden opnieuw een grote stap te zetten. Intussen heeft het model van ambtelijke fusie overal navolging gekregen. Dorpen houden zelfstandigheid, maar profiteren wel van schaalgrootte. Er zijn genoeg momenten dat ambtenaren verzuchten: fuseer nou maar gewoon, dat maakt het leven simpeler; maar werken voor verschillende besturen in verschillende gemeenschappen is ook interessant, leerzaam en uitdagend.

Ik denk dat het goed is om af en toe je zegeningen te tellen. De BEL Combinatie is een slanke, fitte en enthousiaste organisatie. Weinig andere gemeenten hebben zo weinig  ambtenaren per duizend inwoners als de BEL-dorpen. Er zijn bedrijfsonderdelen waar de zaak niet op orde is, maar daar worden geen doekjes omheen gewonden. Als de BEL Combinatie op de ingeslagen weg doorgaat, zullen nog lang gemeentesecretarissen van heinde en verre langskomen om te kijken hoe we dat hier toch flikken. Natuurlijk, er zal genoeg te mopperen blijven. De kunst is om dat om te zetten in een ambitie om de lat net weer wat hoger te leggen. Fouten maken hoort bij innoveren, bij groeien, bij leren. Dat iets wat fout gaat vaker wordt doorverteld dan iets wat goed gaat, wil niet zeggen dat je dan maar beter kunt stoppen met innoveren, leren en groeien.

Tijmen Smit, wethouder te Laren, schreef vanochtend in een opiniestuk in de krant: fusie is een ouderwetse en veel te rigoureuze oplossing. De BEL Combinatie heeft de toekomst. En wat er ook met de dorpen gebeurt: aan een sterke, zelfbewuste club bouw je nooit voor niets.

Haarlemse bedriegertjes

Voelt u zich Europeaan? Ik niet erg vaak. Voelt u zich Nederlander? Ik wel. Voel ik me Utrechter omdat Eemnes in de provincie Utrecht ligt? Nah. Eemnesser ben ik dan weer wel.
In de discussie over de rommelfusie van Remkes wees iemand mij op het noodzakelijke verband tussen een gemeente en de gemeenschap. In Nederland heb je kleine gemeenschappen (Vreeland, 1800 inwoners) en grote (Amsterdam, 800.000 inwoners). Ik ging als kind naar school in Rozendaal, een zelfstandige gemeente met 1500 inwoners. Dat lag tegen de gemeente Rheden aan, waarin al sinds mensenheugenis acht dorpen, dus acht gemeenschappen, bestuurd werden. Velp, mijn geboorteplaats, is een stuk groter dan Rheden, maar zo heet de gemeente nu eenmaal. Het gemeentehuis staat in De Steeg.
Vreeland is nu gemeente Stichtse Vecht, zo’n aanduiding die weinig mensen wat zegt. De inwoners voelen zich net zomin Stichtse Vechters als ik mij vroeger inwoner van de gemeente Rheden voelde.
Je kunt het bestuur van gemeenschappen het beste overlaten aan die gemeenschap zelf. Dat is een belangrijk democratisch uitgangspunt. Daarom zijn staten soeverein, daarom decentraliseert de rijksoverheid al enkele decennia taken, met veel succes. Als een Vreelander bij de wethouder wil informeren of de toekomst van de enige school in het dorp wel gewaarborgd wordt, strandt hij of zij hoogstwaarschijnlijk in Maarssen bij een ambtenaar die nog nooit in het dorp geweest is. Hoe gaat dat in Rozendaal? ‘s Ochtends hoef je niet eens een afspraak te maken, je loopt gewoon het gemeentehuis binnen. Er wordt al sinds een jaar of acht niet meer gesproken over herindeling. Het gaat goed, het college wordt gevormd door keurige wethouders van keurige plaatselijke partijen en niemand klaagt over loodzware opgaven. Een vergevingsgezinde gemeenschap, met een bescheiden gemeentelijk bestuur, dat weet wat er speelt. En iedereen beseft dat de loonschalen van hun ambtenaren wat lager liggen dan die van hun collega’s in Amsterdam.
Laren is een dorp met een rijke traditie, een enorme naambekendheid en een grote aantrekkingskracht op mensen die er een dagje op uit zijn. Te klein om te besturen? Dat is een kwestie van geloof, niet van wetenschap. Laren is dubbel zo groot als Renswoude en zeven keer zo groot als Rozendaal. Maar Laren heeft pech: het dorp ligt in Noord-Holland, de provincie waar Johan Remkes de scepter zwaait. De provincie heeft niet meer zoveel te doen als vroeger. Misschien is het dus wel uit verveling dat het college van gedeputeerden aldaar naar de kaart staart. En in het uiterste oosten wat kleine dorpen heeft ontdekt. Dat daar tradities zijn, waarvan het handig is als je die aanvoelt in het bestuur, staat niet helemaal scherp op het netvlies. In Laren hebben ze een St. Jansprocessie, in Blaricum rijden ze rondjes met oldtimers en in Eemnes hebben we tractorpulling. Dat is van een afstandje allemaal ongeveer hetzelfde.
Nu moet er een gebrek aan bestuurskracht worden aangetoond, want zo staat het in de wet. Daarna kan Remkes de boel fuseren, want hij heeft gelobbied voor een wetswijziging zodat de tweede kamer er tegenwoordig niets meer van hoeft te vinden. Zo heeft hij een oplossing voor elkaar gekregen, waar een probleem bij gezocht wordt. Het moet ook allemaal heel snel, want als je de kiezers er over aan het woord laat in 2018, wordt het niks. Die verkiezingen worden dus uitgesteld zodat we per 2019 in de gemeente HBEL wonen, of Gooi Noord of hoe het ook mag gaan heten.
De dorpen zijn nu in rep en roer. In Huizen maken ze zich zorgen over hun opgepotte geld, maar ze zijn nog banger dat dat wordt ingepikt door Hilversum. In Blaricum heerst het geloof dat fusie een van buiten naderend onheil is waar je niets aan kunt doen, in Eemnes maakt menigeen zich zorgen over het te snel volbouwen van de weidse uitzichten. En in Laren gaat het op zijn Larens: in fraaie bewoordingen roept elke fractie wat anders, getuige de Gooi- en Eemlander van vanochtend.
De grote lijn? Niemand is enthousiast over de rommelfusie van Remkes. Wat dan wel – daarover zijn verschillende ideeën. Sommige partijen willen zelf een BEL-fusie aanvragen, anderen pleiten voor een overstap voor het Gooi naar Utrecht, Eemnes wil de BEL Combinatie versterken en voorlopig eerst maar eens gaan uitzoeken wat de inwoners ervan denken.
Persoonlijk vind ik alles waar de kiezer niks van mag vinden, een slecht idee; en moeten we in het bestuur geen problemen zoeken bij oplossingen, maar andersom. Verder valt er met mij best te praten over de inrichting van het bestuur in Nederland. Je zou de provincies kunnen inruilen voor een stuk of vijftig regio’s met een grote plaats als centrum. Je zou moeten bedenken hoe kleine kernen iets te zeggen houden over inrichting, subsidiebeleid, plaatselijke feesten, voorzieningen en het verenigingsleven. Dat zijn mogelijkheden om het bestuur te innoveren. Maar alles laten zoals het is en een HBEL-fusie forceren – daarvan heeft nog niemand mij de voordelen kunnen uitleggen.
In de gemeente Rozendaal dringt van de discussies in Blaricum, Eemnes en Laren allemaal weinig door. Daar zijn ze druk met het beantwoorden van vragen van inwoners die zonder afspraak binnenwandelen. En met het onderhoud van de Bedriegertjes, die ik me uit mijn jeugd nog herinner. Als je op sommige tegeltjes stapte, werd je natgespoten.
In Noord-Holland hebben ze ook bedriegertjes. U vindt ze in Haarlem.
0 nieuw

Het dode paard van Johan Remkes

In januari bespreken de gemeenteraden in Blaricum, Eemnes en Laren een brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland. In die brief kondigt de provincie een bestuurskrachtonderzoek aan. Daar heeft de Commissaris van de Koning, Johan Remkes, haast mee: als hij de dorpen met Huizen wil fuseren nog voor de verkiezingen van 2018, is er een strak tijdschema.

Het bestuurskrachtonderzoek is nodig, want zonder zo’n rapport kun je geen fusie van bovenaf opleggen. Maar de raden hoeven niet mee te werken. Het onderzoek is afhankelijk van de medewerking van de gemeenten.

Daarmee wordt de behandeling van de brief van Noord-Holland in feite een stemming over de vraag: mag Remkes vóór de verkiezingen van 2018 de dorpen een HBEL-fusie inrommelen? Nee tegen het bestuurskrachtonderzoek staat gelijk aan nee tegen de rommelfusie. Ja tegen het onderzoek staat gelijk aan: ga je gang, Johan, sla de democratie maar over.

Hoe je ook denkt over zulke opschalingen (ik zie persoonlijk best wat mogelijke voordelen, maar zeker ook belangrijke nadelen), om doelbewust verkiezingen te willen omzeilen, gaat erg ver. Alleen al om die reden zou je tegen het bestuurskrachtonderzoek moeten zijn.

Eemnes ligt in de provincie Utrecht, en hier lopen we niet erg warm voor een fusie met Huizen, wat de provincie Utrecht prima vindt. Niet meedoen? In dat geval opteert Noord-Holland voor een HBL-fusie, omdat Remkes geen zin heeft om ‘aan een dood paard te trekken’. Daarmee wordt de succesvolle BEL-samenwerking uit elkaar gehaald. De ambtenarenorganisaties zijn gefuseerd, en de dorpen die ermee willen of moeten stoppen, in dit geval Blaricum en Laren, moeten de kosten betalen van het opsplitsen. Nu zal de provincie dat geld best willen ophoesten, maar het is hoe dan ook zonde van het geïnvesteerde belastinggeld.

In Laren staat in het coalitie-akkoord: Laren blijft zelfstandig. In Blaricum zijn twee lokale partijen die samen een meerderheid hebben, en een brief hebben ondertekend die heel duidelijk is: geen HBEL-fusie. In Eemnes is de meerderheid van de raadsleden ook tegen een HBEL-fusie.

Misschien heeft Remkes met zijn dode paard wel de verkeerde beeldspraak gebruikt. Het lijkt er eerder op dat hij met zijn ambitie Eemnes in te lijven bij een HBEL-gemeente, een paard van Troje naar binnen heeft gehaald.

25% CO2-reductie in 2020: aan de slag ermee

Urgenda heeft de klimaatzaak gewonnen: onze regering moet hoge maatschappelijke kosten in de toekomst en schade aan natuur en welvaart voorkomen door aan de slag te gaan met 25% CO2-reductie in 2020. Dat is precies de doelstelling die we in Eemnes ook hebben gekozen.

Als gevolg van onder andere het Energieakkoord haalt Nederland al 18% binnen. Daar moet dus nog 7% bovenop, wat overeenkomt met 15 Mton CO2. ECN heeft op een rijtje gezet welke maatregelen daarvoor nodig zijn, u vindt de pdf hier. Opgeteld wordt daarmee 16 Mton gereduceerd. De twee belangrijkste klappers zijn het beperken van kolenstook in de centrales en het verlagen van de emissies in het verkeer, door kilometerheffing en het verlagen van de maximumsnelheid. Al 11 van de 16 Mton zijn daarmee binnen te halen.

ECN heeft ook berekend dat een jaar getreuzel, meteen betekent dat er maar 13 Mton gereduceerd wordt. Daarom is het onverstandig van het kabinet dat er beroep is aangetekend. We hebben acties nodig en geen rechtszaken. PvdA-staatssecretaris Mansveld laat in de Volkskrant optekenen dat ze dat ook wil gaan doen, maar VVD-er Henk Kamp zegt dat hij het al druk genoeg heeft. Volgens hem moet de rechter niet op de stoel van de politiek gaan zitten. Volgens mij zou de rechter dat ook niet doen als Kamp de stoel niet leeg had achtergelaten. Bovendien kan de regering niet tegelijk verdragen ondertekenen dat er 25% gereduceerd wordt en het vervolgens bij 18% laten, daarmee ons als inwoners opzadelend met de grote gevolgen. Dat is gewoon een juridisch argument waar de rechter vanuit de wet naar heeft gekeken.

Verdeeldheid in het kabinet dus. Gelukkig hebben we die niet in Eemnes. Tenminste, binnen de coalitie van D66, CDA en VVD bestaat grote eensgezindheid over de doelstelling. In kringen van de conservatieve oppositie valt te beluisteren dat het klimaatprobleem maar buiten Eemnes moet worden opgelost, alsof Eemnes niet tot het deel van het land hoort dat bij de voorspelde zeespiegelstijging onder zou lopen, als er niet zwaar geïnvesteerd wordt in hoge, dure en lelijke dijken. Tegen kosten die vele malen hoger zijn dan de inspanningen voor CO2-reductie.

De plaatselijke belastingbetaler betaalt trouwens niets aan de inspanningen om CO2 terug te dringen, op wat advieskosten na. Weliswaar worden ontwikkelingen als een grootschalig zonneveld gesteund, maar dat geld komt uit Den Haag. U betaalt daaraan mee via de energierekening. Natuurlijk oogt een paar hectare zonnepanelen wat minder idyllisch dan mais of grasland, maar we leven nu en niet in de tijd van Anton Pieck. Heel veel keuze is er niet. Of we zorgen lokaal voor hernieuwbare energie, of we geven de band opdracht door te spelen terwijl het schip zinkende is. In de coalitie we hebben die keuze allang gemaakt. Het zou goed zijn als de oppositie ook gaat beseffen dat behoud van een goed landschappelijk leefklimaat betekent dat je ook naar de toekomst kijkt.

Fusie zou inwoners BEL-dorpen honderden euro’s per jaar kunnen kosten

Eén van de politiek meest gevoelige thema’s in veel gemeenten, is de hoogte van de OZB. In Eemnes wordt deze sinds 2015 niet verhoogd, ook niet met de inflatie, omdat de OZB in vergelijking met Utrechtse gemeenten al erg hoog was. Laren probeert met kunst en vliegwerk onder een nieuwe forse verhoging uit te blijven, na een VVD-verkiezingsbelofte over een verlaging die absoluut onhaalbaar bleek.
Veel raadsleden in Eemnes voelen niets voor een fusie met Huizen, Laren en Blaricum, bleek eerder dit jaar op een bijeenkomst van de vier gemeenteraden. Maar in Laren is met name de VVD voor een fusie, omdat dit bestuurskosten zou schelen. De BEL-dorpen hebben gezamenlijk meer wethouders en raadsgriffies dan een enkele gemeente zou hebben, dus op het eerste gezicht zou een fusie tot een besparing leiden.

Maar als het zo gaat als bij herindelingen tussen 2002 en 2012, is het tegendeel het geval. Fusie zou dan de inwoner van Eemnes zo’n honderd euro per jaar meer kosten, en in het slechtste geval een gemiddelde inwoner uit Blaricum zelfs meer dan tweehonderd.

Dat bleek in een studie van COELO, Centrum voor Onderzoek van de Economie van Lagere Overheden uit 2012. Auteurs Maarten Allers en Bieuwe Geertsema, beide econoom verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen, hebben daarvoor alle herindelingen van 2002 tot en met 2012 bekeken. Hun conclusie was: de kosten van bestuur dalen door de bank genomen niet, en de totale lokale lasten stijgen met 10 tot 20% procent. In 2014 publiceerden zij een onderzoek met data vanaf 1997, en de conclusie daarvan was dat er geen daling of stijging gemeten kon worden. Ook bleek dat het voorzieningenniveau niet beter wordt (waar voor dat extra geld); althans, er kon geen enkele aanwijzing voor worden gevonden. En ze hebben goed gezocht.

Je kunt dus stellen: de stelling dat fusie tot kostenbesparing leidt, is flauwekul. En als het omgekeerde waar is, dan gaat het om serieuze bedragen. Want vijftien procent duurder betekent bij de lastendruk van Eemnes: 100 euro per huishouden, elk jaar weer. In Laren hebben we het over 150 euro gemiddeld bij 15%. In Blaricum, de duurste van de drie, zou een stijging van 20% zelfs 225 euro lastenstijging betekenen. Bovenop de inflatiecorrectie uiteraard.

Ik heb respect voor iedereen die pleit voor opschaling, maar we moeten feiten en fictie wel scheiden. Als voortaan in het debat wordt gezegd dat het de belastingbetaler geld bespaart, kan het met evenveel recht een best dure hobby genoemd worden.